Die prachtige reflectie, spiegeling, die oude vervallen deur, meer dan verwelkte bloemen. De schoonheid van vreemde structuren, verval en melancholische vergezichten. Onzichtbaar, totdat iemand dat uit de aankomende vergetelheid rukt en vastlegt, uitvergroot en toont. Dan blijkt de onopvallende intrinsieke schoonheid, juist groots en prachtig te zijn. Zo heeft elk mens, elk stukje natuur of stad, iets dat – soms in een andere proportie – van ongekende schoonheid is. Je moet er oog voor hebben én je oog moet erop vallen.